Een botanische zeldzaamheid die slechts door een handvol liefhebbers in cultuur wordt gehouden: Arachnanthe cathcartii is een mysterieuze orchidee uit het Himalayagebied, met een unieke combinatie van slank opgaande groei, leerachtig blad en subtiele bloei
Een botanische zeldzaamheid die slechts door een handvol liefhebbers in cultuur wordt gehouden: Arachnanthe cathcartii is een mysterieuze orchidee uit het Himalayagebied, met een unieke combinatie van slank opgaande groei, leerachtig blad en subtiele bloei. Deze soort valt buiten de standaardcategorien en spreekt vooral de echte verzamelaar aan die houdt van natuurlijke elegantie en minder bekende geslachten.
Arachnanthe cathcartii is inheems in de vochtige bergbossen van Noordoost-India, Nepal en Bhutan, waar ze groeit op boomstammen of rotsen in een koel tot gematigd klimaat. De soort werd oorspronkelijk beschreven onder verschillende namen binnen het geslacht Luisia, maar wordt tegenwoordig in veel recente bronnen als behorend tot Arachnanthe erkend. Taxonomisch is het een intrigerende soort die de grenzen opzoekt tussen Luisia, Vanda en Aerides.
Deze orchidee heeft een opgaande, licht gedraaide groeivorm met leerachtige, smalle bladeren die afwisselend langs de steel staan. De wortels zijn dik en grijsachtig, typisch voor epifytische soorten. De bloemen zijn klein maar elegant: groenig met paarse of roodbruine accenten, vaak in een losse tros. Bloei vindt meestal plaats in de lente of vroege zomer, afhankelijk van temperatuur en daglengte.
Veel helder, gefilterd licht. Vermijd felle middagzon. Deze soort waardeert ochtend- of avondzon, zoals op een oost- of westvenster.
Voorkeur voor koel tot gematigd: tussen 14 en 24 C. Kan lichte nachtelijke afkoeling verdragen, zoals in een onverwarmde serre of kas.
Kan opgebonden worden op schors of kurk met een beetje sphagnum rond de wortelbasis, of los in een luchtig mengsel van grove bark en kokosvezel. Goede luchtcirculatie rond de wortels is essentieel.
Ideaal is een luchtvochtigheid tussen de 60% en 80%. Bij lage luchtvochtigheid vertraagt de groei en kunnen de worteltoppen indrogen.
Regelmatig nevelen of sproeien; tijdens actieve groei mag de plant licht vochtig gehouden worden, maar nooit drijfnat. Geef bij voorkeur gedemineraliseerd water. In de winter droger houden.
In het groeiseizoen wekelijks voeden op een kwart tot halve sterkte met een orchideenmeststof. Niet voeden in rustperiode.
Bloei is subtiel en vraagt stabiele omstandigheden, vooral qua temperatuur en licht. Bij voldoende rust en verzorging kan ze jaarlijks tot bloei komen. Niet de grootste bloemen, maar zeker wel botanisch waardevol.
Reviews
There are no reviews yet.