Deze intrigerende venusschoen-orchidee is een van de bekendere soorten binnen het geslacht Paphiopedilum, geliefd om zijn opvallende bladtekening en bijzondere bloemvorm. Paphiopedilum sukhakulii is van nature te vinden in de schaduwrijke bossen van Thailand, waar hij groeit op humusrijke bosbodems. Door zijn unieke uitstraling en relatieve compactheid is dit een populaire soort voor liefhebbers van bijzondere orchideen.

Oorsprong

Paphiopedilum sukhakulii werd in 1969 officieel beschreven en is afkomstig uit het noordoosten van Thailand. Hij groeit daar op vochtige bodems in laaglandbossen, vaak op licht hellend terrein. In cultuur is deze soort inmiddels breed verspreid en vormt hij ook de basis voor veel populaire hybriden.

Kenmerken

Wat deze soort onderscheidt, is niet alleen de fraaie bloem, maar ook het blad. De donkergroene, gemarmerde bladeren vormen een sierlijke rozet en blijven het hele jaar decoratief. De bloem verschijnt meestal solitair op een stevige stengel en heeft een opvallende pantoffelvorm met contrasterende kleuren: olijfgroen, purper en wit met gestreepte en gespikkelde patronen. De bloeiwijze is elegant, met een natuurlijke flair die moeilijk te imiteren is in kruisingen.

Verzorging

Licht

Geef deze orchidee helder, indirect licht. Vermijd direct zonlicht, zeker in de zomer, om bladverbranding te voorkomen.

Temperatuur

Deze soort houdt van gematigde temperaturen: overdag tussen de 2025 C, s nachts rond de 1618 C. Zorg voor voldoende temperatuurverschil tussen dag en nacht.

Substraat

Gebruik een luchtig, goed drainerend substraat op basis van fijngesneden schors met eventueel wat sphagnum. Ververs het substraat om de twee drie jaar.

Luchtvochtigheid

Een luchtvochtigheid tussen de 60 en 80% is ideaal. Regelmatige neveling of het gebruik van een luchtbevochtiger kan helpen.

Water geven

Geef water met gedemineraliseerd water of schoon regenwater zodra het substraat bijna droog aanvoelt, meestal n tot twee keer per week, afhankelijk van het seizoen. Laat geen water in de bladoksels staan.

Voeding

Gebruik een uitgebalanceerde orchideenmest in zeer verdunde vorm (1/4 van de aanbevolen dosis), eens per twee drie weken tijdens de groeiperiode.

Bloei

De bloei vindt meestal plaats in de lente of nazomer, met n enkele bloem per stengel die tot wel zes weken kan blijven staan. Na de bloei komt er geen nieuwe bloei uit dezelfde groeischeut, maar wel uit nieuwe scheuten die zich aan de basis ontwikkelen.