Bc. Jairak Fire Star is een opvallende hybride binnen de Cattleya-alliantie, bekend om zijn intens gekleurde bloemen en krachtige groei. De combinatie van warme oranjerode tinten en een compact, bloeirijk karakter maakt deze kruising geliefd bij zowel beginners als ervaren verzamelaars van tropische orchideen.

Oorsprong

Deze hybride is ontstaan uit een kruising tussen Brassavola en Cattleya (vandaar de afkorting Bc.) en werd ontwikkeld in Thailand door Jairak Orchid. De plant is speciaal geselecteerd op felle bloemkleuren, stevige bloei en een wat compactere groei dan klassieke Cattleyas. In cultuur gedraagt deze hybride zich als een sterk groeiende epifyt, geschikt voor binnenkweek of kasomstandigheden met voldoende licht.

Kenmerken

De plant groeit sympodiaal en vormt stevige, opgaande pseudobulben met smalle, leerachtige bladeren. Uit volwassen scheuten verschijnt in het juiste seizoen een rechtopstaande bloemtros met meerdere middelgrote bloemen. De kleur is meestal een diep oranjerood tot vuurrood met een contrasterende lip, vaak in geel, rood of karmijnroze tinten. De bloemen zijn wasachtig, goed houdbaar en licht geurend. Onder ideale omstandigheden kan de plant meerdere keren per jaar bloeien.

Verzorging

Licht

Geef veel helder, indirect licht tot lichte ochtendzon. Deze hybride heeft een hoge lichtbehoefte om tot bloei te komen, maar verdraagt geen felle middagzon. Een plek bij een oost- of zuidraam is ideaal (eventueel met filtering).

Temperatuur

Tussen de 18C en 28C. De plant verdraagt lichte nachtelijke afkoeling, maar geen koudeval of temperaturen onder 15C.

Substraat

Gebruik een luchtig orchideenbarkmengsel op basis van middelgrote schors en eventueel wat kokoschips. De wortels moeten snel kunnen opdrogen en houden van een goed doorluchte pot.

Luchtvochtigheid

Een luchtvochtigheid van 5070% is voldoende. Zorg wel voor goede ventilatie om schimmelvorming en rot te voorkomen.

Voeding

Tijdens de actieve groei (lente tot herfst) mag je elke 23 weken licht bijmesten met een orchideenmeststof, verdund tot halve sterkte. In de winter volstaat 1 keer per maand of tijdelijk stoppen bij rust.

Water geven

Laat het substraat volledig opdrogen tussen gietbeurten. Geef water bij voorkeur in de ochtend en gebruik gedemineraliseerd water. Vermijd stilstaand water in de bladoksels of schijnbollen.

Bloei

De bloei verschijnt meestal in het voorjaar of de zomer, maar onder ideale condities ook vaker. De bloemen blijven doorgaans 23 weken goed en zijn stevig genoeg voor snijbloemgebruik. Na de bloei mag de bloeistengel worden verwijderd zodra hij indroogt.